Brexit betekent mogelijk toch hakbijl voor Britse autobouw
Posted by managing21 on mei 17th, 2023
Het Verenigd Koninkrijk moet de voorwaarden van de brexit met de Europese Unie opnieuw onderhandelen. Indien dat niet gebeurt, dreigt autobouwer Stellantis zijn Britse fabrieken te moeten sluiten. Dat hebben woordvoerders van Stellantis tegenover het Britse parlement te kennen gegeven. Vooral het gebrek aan een voldoende eigen batterijproductie zou het Verenigd Koninkrijk daarbij duur te staan kunnen komen.
Stellantis is in Engeland met zijn fabrieken in Ellesmere Port en Luton actief. Twee jaar geleden had het concern nog gezegd dat de verdere activiteit van die sites gegarandeerd zou blijven. Stellantis had daarbij aangevoerd de fabrieken voor de bouw van elektrische wagens te willen gebruiken, maar erkent nu dat die plannen mogelijk in het gedrang zouden kunnen komen.
Het concern merkt daarbij op dat de uitvoer van zijn Britse productie naar de Europese Unie vanaf volgend jaar met een extra heffing van 10 procent dreigt te worden belast. Dan wordt een productie in het Verenigd Koninkrijk volgens Stellantis wellicht onhoudbaar. “Indien de kosten van de productie van elektrische voertuigen in het Verenigd Koninkrijk niet concurrerend blijfven en onhoudbaar worden, zullen de fabrieken hun deuren moeten sluiten”, werpt Stellantis op.
Bedreiging
Het is de eerste keer dat een autobedrijf de Britse regering openlijk oproept om opnieuw over de voorwaarden van de handelsovereenkomst rond de brexit te onderhandelen. Stellantis riep de Britse ministers op om met de Europese Unie tot een akkoord te komen om de huidige regels ook de volgende vier jaar te behouden. De autofabrikant vraagt tevens dat de bestaande regelingen voor de productie van onderdelen in Servië en Marokko worden herzien.
Tegenover een onderzoeksgroep van het Britse Lagerhuis, die de mogelijke productie van elektrische auto’s moet bestuderen, stelde Stellantis dat de huidige handelsregels een bedreiging vormen voor zijn exportactiviteiten en de duurzaamheid van zijn Britse productieactiviteiten. Om een extra Europese invoerheffing van 10 procent te kunnen vermijden, moet vanaf volgend jaar 45 procent van de waarde van een elektrische auto in het Verenigd Koninkrijk of de Europese Unie zijn gecreëerd. Dat aandeel zal over vier jaar verder tot 65 procent oplopen. Door op oplopende onkosten voor grondstoffen en energie kan Stellantis naar eigen zeggen momenteel onmogelijk aan die vereisten voldoen.
“Indien de Britse regering geen overeenkomst kan bereiken om de huidige regels de volgende vier jaar te handhaven, zal de uitvoer naar de Europese Unie van auto’s die in het Verenigd Koninkrijk zijn gebouwd, met een heffing van 10 procent worden geconfronteerd”, betoogde Stellantis. “Hierdoor zal de binnenlandse productie en de export tegenover Japan en Zuid-Korea niet langer concurrerend zijn. Om de duurzaamheid van onze fabrieken in het Verenigd Koninkrijk te versterken, moet de Britse regering de gemaakte handelsafspraken met Europa opnieuw in overweging nemen.”
Volgens een woordvoerder van de Britse regering heeft Kemi Badenoch, de Britse minister van Handel en Nijverheid, het probleem al bij de Europese Unie aangekaart. “Minister Badenoch wil ervoor zorgen dat het Verenigd Koninkrijk voor de automobielindustrie één van de beste locaties in de wereld blijft. De volgende maanden zal de Britse regering beslissende maatregelen nemen om toekomstige investeringen in de fabricage van emissievrije voertuigen te waarborgen.”
Jonathan Reynolds, namens oppositiepartij Labour Brits schaduwminister voor Handel, stelde echter dat de autofabrikanten door een regering in chaos in de steek zijn gelaten. Indien de Britse regering niet snel actie onderneemt, dreigt volgens Reynolds één van de absolute parels van de Britse industrie definitief teloor te gaan.
Niet competitief
Stellantis waarschuwt dat er een risico bestaat dat de autofabrikanten niet in het Verenigd Koninkrijk zullen blijven investeren en hun productieactiviteiten naar het buitenland zullen verplaatsen. Daarbij wordt gewezen op de beslissing van BMW om zijn nieuwe elektrische Mini in Duitsland te produceren, terwijl Honda zijn Britse vestiging in Swindon sloot en nieuwe investeringen naar de Verenigde Staten kanaliseerde.
Een kernprobleem voor het Verenigd Koninkrijk als potentiële productielocatie voor elektrische wagens blijft het gebrek aan lokale batterijfabrieken. Er zou voor de sector ook een binnenlandse toeleveringsketen moeten worden uitgebouwd, maar die inspanningen worden overschaduwd door ontwikkelingen in het buitenland. Hierdoor dreigt het Verenigd Koninkrijk uiteindelijk een unieke golf van investeringen in de elektrificatie van de autosector te zullen missen.
Gedacht was onder meer dat Jaguar Land Rover in het Verenigd Koninkrijk een batterijfabriek zou bouwen. De fabrikant wordt echter momenteel benaderd om die fabriek in Spanje te vestigen. Andy Palmer, voorzitter van de batterijstartups Inobat en Ionetic, werpt daarbij op dat het Verenigd Koninkrijk geen tijd meer heeft om de batterijproductie te ontwikkelen. “Het is in principe onmogelijk om aan de Europese regels inzake lokale componenten te voldoen, tenzij de batterijen geleverd worden door fabrieken die in het Verenigd Koninkrijk of de Europese Unie zijn gevestigd.”
“Als het Verenigd Koninkrijk er niet in lukt om een massaproductie van batterijen op te zetten, zal het land ook geen grootschalige autobouw meer hebben”, beklemtoonde ook David Bailey, professor bedrijfseconomie aan de Birmingham Business School. “Hoewel de Britse regering onder toenmalig premier Boris Johnson in het Verenigd Koninkrijk een gigafactory wilde laten bouwen, is er in wezen geen industrieel beleid aanwezig om die plannen te ondersteunen.”
De handelsovereenkomst van Brexit maakt een geleidelijke invoering van de oorsprongsregels voor onderdelen van elektrische voertuigen mogelijk. De eerste fase is gepland voor volgend jaar. Een aantal vertegenwoordigers van de Britse autosector zegt dat de Europese Unie misschien zelf opnieuw zou willen onderhandelen indien zijn eigen fabrikanten moeilijkheden ervaren om aan de eisen te voldoen. De regels zullen vervolgens over vier jaar opnieuw worden aangescherpt en insiders geloven dat Britse exporteurs op dat ogenblik niet langer de mogelijkheid zullen hebben om hun auto’s tariefvrij te exporteren, tenzij de batterijen in eigen land zullen kunnen worden gekocht.
Meer over dit onderwerp:
- In het Verenigd Koninkrijk kan de bouw van acht gigafactory’s volgens Labour tachtigduizend banen opleveren.
- Zuid-Korea wordt mogelijk de vestigingsplaats van de Aziatische gigafabriek van Tesla.
- De Zweedse batterijfabrikant Northvolt wil zijn volgende gigafactory in Duitsland bouwen.
- De Taiwanese batterijfabrikant ProLogium investeert 5,2 miljard euro in een gigafactory in Duinkerke.
- Autobouwer Tesla breidt zijn gigafactory in de Chinese metropool Shanghai verder uit.