managing21.be

Managing21: een blik op het heden en de toekomst van de economie.

Archive for the 'sport' Category

Verplaatsingen blijven duurzaamheid Olympische Spelen hinderen

Posted by managing21 on 25th december 2024

De uitdaging van de Olympische Spelen om de emissies van het vervoer van mensen te verminderen, is een vraag die sportevenementen zichzelf moeten blijven stellen. Dat is de conclusie van een rapport van het duurzaamheidsplatform van Paris 2024, de organisator van de Olympische Spelen de voorbije zomer. Er is immers gebleken dat verplaatsingen meer dan de helft van de totale emissies van het evenement vertegenwoordigen. Dit moet volgens het rapport leiden tot ernstige bekommernissen voor toekomstige organisaties.

De Olympische Spelen van de voorbije zomer werden als de meest duurzame editie uit de geschiedenis genoemd. Er werd daarbij opgemerkt dat Paris 2024 de gemiddelde ecologische voetafdruk van zijn voorgangers London 2012 en Rio de Janeiro 2016 heeft gehalveerd. Daarmee wordt ook de lat voor de volgende edities van de Olympische Spelen, die in Los Angeles en Brisbane zullen worden georganiseerd, hoger gelegd.

Verplaatsingen voor de Olympische Spelen van Parijs veroorzaakten een uitstoot van 830.000 ton koolstofdioxide. – Foto: Groupe ADP

Ondanks het algehele succes bij het verminderen van emissies, overtrof het uitstootniveau van de verplaatsingen van toeschouwers, atleten en afgevaardigden volgens het rapport van het duurzaamheidsplatform van Paris 2024 de oorspronkelijke schattingen met bijna 60 procent. Deze verplaatsingen zouden meer dan 830.000 ton koolstofdioxide-equivalent hebben veroorzaakt. Dat vertegenwoordigt ongeveer 360.000 vluchten in economy class heen en weer tussen New York en Parijs. 

Hoewel er werd geïnvesteerd in projecten voor emissiecompensatie, zoals de distributie distribueren van gasfornuizen in arme landen ter vervanging van houtskool, besloot Paris 2024 bij de berekening van de duurzaamheid van het evenement deze initiatieven niet mee te rekenen.

Georgina Grenon, directeur duurzaamheid van Paris 2024, zei dat “Toeschouwers die met het vliegtuig vanuit New York kwamen, hebben meer dan ruimschoots de pogingen om de uitstoot van de verplaatsingen te verminderen – zoals de uitbouw van fietsroutes, extra verbindingen met het openbaar vervoer, treinvervoer voor de nationale teams uit naburige landen en ticketpakketten om toeschouwers aan te moedigen meerdere evenementen bij te wonen – ongedaan gemaakt”, benadrukte Georgina Grenon, directeur duurzaamheid van Paris 2024.

“De gemiddelde reiziger op lange afstand produceerde evenveel emissies als duizend lokale toeschouwers”, merkte Grenon nog op. “De vluchten op lange afstanden van internationale toeschouwers waren verantwoordelijk voor bijna een derde van de totale emissies van de Olympische Spelen, terwijl Amerikaanse reizigers alleen al bijna 17 procent aan de totale uitstoot bijdroegen.”

Grenon schreef de onderschatting van de vervoersemissies toe aan de recordbrekende kaartverkoop, vooral op het laatste moment. “Het probleem van bijzonder vervuilende internationale reizen overtreft de Olympische Spelen in het algemeen”, zei Grenon. “De toename van de reizen naar Frankrijk lag in lijn met de wereldwijde trends die sinds de covid-pandemie konden worden opgetekend. We moeten ons allemaal bijzonder bewust zijn van de impact van de menselijke activiteiten.”

Bijzondere uitdaging

Deskundigen zeiden dat er een kloof bleef bestaan ??tussen het traditionele doel van de Olympische gaststad om een recordkaartverkoop te realiseren en de inspanningen om de reisemissies te verminderen. Voor de Olympische Spelen in Parijs werden meer dan 12 miljoen tickets verkocht. Dat is minstens één miljoen meer dan in Londen twaalf jaar geleden het geval was. “Ik zie niet in hoe reisemissies kunnen worden verminderd als het model van de organisatie van evenementen ongewijzigd blijft”, benadrukte David Gogishvili, professor geografie aan de Université de Lausanne.

Transport zou naar verwachting ongeveer een derde van de ecologische voetafdruk van de Olympische Spelen in Parijs uitmaken, maar uiteindelijk liep dat cijfer op tot 54 procent. “Dit blijft ook voor de toekomstige Olympische Spelen een probleem”, merkte Benja Faecks, onderzoeker bij de organisatie Carbon Market Watch.

“Los Angeles, waar de autoriteiten in 2028 een autovrije Olympische Spelen te organiseren, vormt daarbij een bijzondere uitdaging. Los Angeles heeft immers een minder uitgebouwde infrastructuur van elektrisch transport dan Parijs. Los Angeles in 2028 en Brisbane in 2032 vertonen voor bezoekers die niet in de lokale regio woonachtig zijn, ook een gebrek aan alternatieven voor het vliegtuig. Een grotere geografische spreiding van de Olympische Spelen, waarbij meerdere continenten bij het evenement zouden worden ingeschakeld, zou een oplossing kunnen zijn.”

“De inherente aard van deze grootschalige sportevenementen maakt dit type initiatieven vanaf het begin relatief milieuvervuilend”, beklemtoonde Walker Ross, professor sportmanagement aan de University of Edinburgh, verwijzend naar de internationale focus van de Olympische Spelen en de unieke geografie van elke gaststad. “Bovendien moet worden opgemerkt dat het gigantisme, waarbij elk evenement erop gericht is om de vorige editie te overtreffen, voor de duurzaamheid een voortdurend probleem vormt. Het is moeilijk voor de volgende stad om minder spektakel te brengen dan zijn voorganger. De Olympische Spelen kunnen moeilijk duurzaam zijn, maar ze kunnen wel duurzamer worden.”

In totaal stootte Paris 2024 een volume van 1,59 miljoen ton koolstofdioxide – inclusief voeding, bouw en energieverbruik – uit. Daarmee bleef Parijs 54 procent onder de gemiddelde emissies die London 2012 en Rio de Janeiro 2016 hadden laten optekenen. “Het gebruik van bestaande locaties en een focus op het gebruik van koolstofarme materialen hielpen de organisatoren de emissies van de bouw terug te dringen tot bijna een kwart van het niveau dat London 2012 had laten registreren”, beklemtoont Gogishvili. “Dat is een baanbrekende prestatie. Ook bij de emissies per atleet liet Parijs een aanzienlijke daling zien ten opzichte van eerdere edities. Deze emissies vielen tegenover London 2012 met meer dan de helft terug.”

Meer over dit onderwerp:

Posted in milieu, Mobility, sport | Reacties uitgeschakeld voor Verplaatsingen blijven duurzaamheid Olympische Spelen hinderen

Klimaatverandering bedreiging voor wereldwijde sportinfrastructuur 

Posted by managing21 on 9th december 2024

De klimaatverandering vormt een toenemende bedreiging voor de infrastructuur die wereldwijd de organisatie van grote evenementen ondersteunt. Dat blijkt uit een rapport van consulent Climate X op basis van een analyse van 37 grote voetballocaties. Opgemerkt wordt dat de structurele veerkracht van deze locaties cruciaal zal blijken, waarbij infrastructuur met een hoog risico financiële verliezen kunnen beperken door slim ontwerp en natuurlijke barrières.

“Uit de studie – die keek naar de twaalf locaties in de Verenigde Staten waar volgend jaar de World Cup wordt georganiseerd en de vijfentwintig grootste voetbalstadions van Europa – is gebleken dat een aantal iconische voetbalstadions wereldwijd tegen het midden van deze eeuw als gevolg van de toenemende klimaatdreiging met aanzienlijke financiële verliezen te maken zouden kunnen krijgen”, merken de onderzoekers op.

Het Inter & Co Stadium in Orlando (Florida) is één van de voetbaltempels met de grootste klimaatrisico’s. – Foto: Interco Stadium

“Wanneer de emissies nog sterk blijven oplopen, zullen de financiële verliezen van de stadions aanzienlijk toenemen”, wordt er opgemerkt. “In 2020 was er sprake van een gezamenlijk financieel verlies van 130 miljoen dollar, maar tegen het midden van deze eeuw zou die schade tot 800 miljoen dollar kunnen oplopen.”

De studie toont dat bijna 40 procent van de totale verwachte schade tegen het midden van deze eeuw in slechts drie locaties met het hoogste totale verliespercentage zal zijn geconcentreerd. Verder wordt opgemerkt dat overstromingen en extreme hitte wereldwijd als de meest wijdverbreide bedreigingen naar voor komen. Daarbij kregen sommige locaties te maken met gecombineerde jaarlijkse verliezen die overeenkwamen met bijna 2 procent van hun huidige vervangingswaarde.

Er werken echter ook regionale factoren. Terwijl een aantal Europese stadions van een gematigder klimaat kunnen profiteren, bleken verscheidene Amerikaanse locaties – vooral in kustregio’s of gebieden met hoge temperaturen – aanzienlijk hogere risico’s. De studie maakte duidelijk dat de voorbije jaren het Inter&Co Stadium en Camping World Stadium in Florida met de grootste klimaatrisico’s werden gekenmerkt. Daarna volgden het Lincoln Financial Field (Pennsylvania), het Principality Stadium (Wales), het Estadio Benito Villamarín (Spanje) en het TQL Stadium (Ohio).

Toenemende dreiging

Er wordt aan toegevoegd dat tegen het midden van deze eeuw de blootstelling aan klimaatproblemen naar verwachting gevoelig zal toenemen. Daarbij zouden het Stade Velodrome (Frankrijk), het Oaka Stadium (Griekenland), het Hard Rock Stadium (Florida), het Camping World Stadium (Florida), het Inter&Co Stadium (Florida) en het Estadio Benito Villamarín (Spanje) de hoogste risico’s lopen. De gegevens benadrukken een opmerkelijke concentratie van stadions met een hoog risico in de Verenigde Staten. Alleen al in Florida worden drie locaties met de hoogste risico’s geconfronteerd.

“Deze gegevens zijn een harde herinnering aan de toenemende bedreiging die de klimaatverandering vormt voor de infrastructuur die wereldwijde evenementen ondersteunt”, benadrukt Lukky Ahmed, chief executive van Climate X. “Ondanks de wereldwijde populariteit van het voetbal, moet men ook de ontnuchterende realiteit onder ogen zien dat een aantal bijzonder iconische locaties van de sport gevaar lopen. Belanghebbenden moeten onmiddellijk actie ondernemen om deze activa te beschermen en de duurzaamheid van toekomstige evenementen te waarborgen.”

“Voetbalstadions zijn meer dan sportlocaties, want ze vormen economische en culturele spilpunten voor lokale gemeenschappen. Toenemende klimaatrisico’s kunnen leiden tot hogere reparatiekosten, verstoringen van evenementen en torenhoge verzekeringspremies”, betoogt Ahmed. “Voor de lokale economieën van de gaststeden van de World Cup volgend jaar in de Verenigde Staten kunnen deze risico’s verstrekkende gevolgen hebben.”

Meer over dit onderwerp:

Posted in milieu, sport | Reacties uitgeschakeld voor Klimaatverandering bedreiging voor wereldwijde sportinfrastructuur 

Qatarees investeringsfonds neemt belang in Audi Formule One

Posted by managing21 on 29th november 2024

De Qatar Investment Authority (QIA) neemt een belang van 30 procent in het raceteam Audi Formula One. Dat belang zou een kapitaalinjectie met een waarde van honderden miljoenen dollar vertegenwoordigen. De instap moet Audi helpen om in de Formule Eén een succesrijke positie uit te bouwen, zonder de financiële druk op de constructeur onaanvaardbaar op te drijven.

Het Qatarese investeringsfonds heeft nooit eerder in autosport heeft geïnvesteerd, maar heeft de voorbije periode toch een toenemende interesse in de sportwereld getoond. De instap van het fonds in Audi Formula One zou de aanwezigheid van de Golfregio in de autosport verder vergroten. Op de kalender van de Formula One staan inmiddels races in Qatar, Abu Dhabi, Bahrein en Saoedi-Arabië.

Verder is Qatar Airways sinds vorig jaar de wereldwijde luchtvaartpartner van de Formula One. Vorig jaar kocht QIA een minderheidsbelang in het Amerikaanse bedrijf Monumental Sports and Entertainment, dat een brede portefeuille sportactiviteiten – waaronder het basketbalteam Washington Wizards – in portefeuille heeft.

De QIA zou tot 1 miljard euro in Audi Formula One investeren. – Foto: Audi

Audi kondigde in maart van dit jaar de Sauber Group voor 100 procent over te nemen. De Duitse constructeur zal in 2026 als motorleverancier van de Formula One optreden. Op dat ogenblik worden immers in de Formula One nieuwe regels van kracht, waarvoor volledig nieuwe auto’s en motoren worden ontwikkeld. Daarbij zal ook met duurzame brandstoffen worden gewerkt, terwijl ook elektrische technologie een grotere ruimte krijgt.

Het raceteam Sauber, dat eerder onder de vlag van Alfa Romeo aan de Formula One deelnam, tekende in 2022 een akkoord met Audi. Daarbij werd overeengekomen dat Sauber de racewagens van Audi zou bouwen en ook de operaties van het raceteam zou leiden. Maar tot nu toe heeft Sauber nog niet veel succes kunnen melden. Het team staat in de rangschikking van de constructeurs momenteel op een tiende plaats en heeft nog geen enkel punt kunnen verzamelen.

Verliezen

Op het eerste gezicht lijkt de instap van het Qatarese investeringsfonds in Audi een verrassende ontwikkeling. In maart had Audi immers een volledige overname van Sauber Motorsport aangekondigd. Maar een financiële crisis bij de Volkswagen Group, het moederbedrijf van Audi, heeft tot een heroverweging geleid. De Volkswagen Group zag zijn winst tijdens het derde kwartaal van dit jaar met 42 procent dalen. De aandelen van het Duitse autoconcern daalden tot het diepste punt in vierentwintig jaar. Het bedrijf vroeg zijn werknemers ook om een ??salarisverlaging van 10 procent te accepteren, waarbij financieel directeur Arno Antlitz toegaf dat Volkswagen voor essentiële en pijnlijke beslissingen stond.

Dochterbedrijf Audi zag zijn winst tijdens dezelfde periode met 91 procent daalde. Die situatie zorgt voor een domino-effect op de plannen die Audi voor de Formula One heeft. De investering van QIA zou ervoor zorgen dat Audi beter gepositioneerd is om in de Formula One een concurrende rol te verwerven, zonder het bedrijf in de huidige crisis financieel nog verder onder druk te zetten. De connectie tussen de QIA en Audi Formula One lijkt logisch, want de Qatarese investeerder controleert ook al 17 procent van de stemrechten in de Volkswagen Group.

De Qatarese investeerder zou volgens waarnemers bereid zijn om tot 1 miljard euro in het programma te investeren. Daarbij zou de investering van QIA in het team Audi Formula One vooral gericht zijn op de verbetering van de techniek en technologie van de auto.

De stap van QIA volgt op een aantal grote investeringen die de voorbije jaren in de Formula One werden opgetekend. De Amerikaanse mediagroep Liberty Media, die gecontroleerd wordt door tycoon John Malone, nam de Formule Eén in 2017 over voor een bedrag van 8 miljard dollar. Liberty Media was ook betrokken bij de Netflix-documentaire Drive to Survive, die de Formule Eén bij nieuwe fans en een jonger publiek populairder heeft gemaakt. Onder invloed van Liberty Media begon de Formule Eén ook meer aandacht aan sociale media te besteden.

Liberty Media had ook een belangrijk aandeel bij de introductie van nieuwe regels in de Formule Eén, waarbij beperkingen werden opgelegd aan de bedragen die de teams konden investeren aan de ontwikkeling van hun auto’s. Dat budgetplafond heeft geholpen om nieuwe investeerders aan te trekken en heeft de teams geholpen om hun imago als geldverslinders af te schudden. Inmiddels heeft Ineos een aandeel van 33 procent in het team Mercedes Formula One, terwijl MSP Sports Capital een minderheidsbelang in McLaren Racing bezit. Investeerder Arctos Partners bezit een minderheidsbelang in Aston Martin Formula One, terwijl RedBird Capital Partners en zijn spin-off Otro Capital tot de kopers van een belang van 24 procent in Alpine behoorden.

Meer over dit onderwerp:

Posted in automotive, sport, technologie | Reacties uitgeschakeld voor Qatarees investeringsfonds neemt belang in Audi Formule One

General Motors stapt met Cadillac in Formule Eén

Posted by managing21 on 26th november 2024

De Amerikaanse autobouwer General Motors heeft een belangrijke stap gezet om in 2026 aan de Formule Eén deel te nemen. De Amerikaanse constructeur zou daarvoor van zijn merk Cadillac gebruik maken. De intrede van Cadillac kan de interesse voor de Formule Eén in de Verenigde Staten sterk opvoeren.

Cadillac wordt het elfde team dat over twee jaar aan de Formule Eén mag deelnemen. Formula One, de organisator van de competitie, maakte bekend hierover met General Motors een principieel akkoord te hebben gesloten. Een formele overeenkomst moet nog wel worden afgesloten.

Onder Liberty Media, dat sinds 2017 eigenaar van Formula One is, kende de sport in de Verenigde Staten al een sterke uitbreiding. Er kwamen onder meer nieuwe races in Miami en Las Vegas. Het plan van General Motors om zich bij de Formule Eén aan te sluiten, onderstreept de toenemende aantrekkingskracht van de sport, die er onder meer heeft gezorgd dat de teams in waarde zijn gestegen. Daarbij wordt nu gewag gemaakt van meer dan 1 miljard dollar per team. Daarnaast wordt ook gewezen naar de beperkingen op de uitgaven aan de ontwikkeling van de racewagens. Hierdoor worden de aandeelhouders immers tegen kosten die uit de hand zouden kunnen lopen.

Volgens Mark Reuss, president van General Motors, was het voor de autobouwer een eer om zich bij de Formule Eén aan te sluiten. Hij beschreef de sport als een wereldwijd podium om technische expertise en technologisch leiderschap op een geheel nieuw niveau te laten zien.

Cadillac sluit een partnership met Andretti voor Formule Eén – Foto: Cadillac

General Motors heeft voor zijn geplande toetreding tot de Formule Eén een partnership afgesloten met de investeringsgroep TWG Global, die geleid wordt door Mark Walter, die tevens hoofd is van investeringsgroep Guggenheim Partners. Walter heeft een controlerend belang in de honkbalploeg Los Angeles Dodgers en een minderheidsbelang in het basketbalteam LA Lakers. Hij maakte ook deel uit van de groep die in 2022 de Engelse voetbalclub Chelsea voor een bedrag van 2,5 miljard overnam. 

In 2026 zal het wereldkampioenschap Formule Eén voor de eerste keer volgens de nieuwe regels worden betwist. Daarbij worden grote veranderingen doorgevoerd in de manier waarop de teams hun auto’s ontwerpen. General Motors is van plan om tegen het einde van dit decennium in de Formule Eén een ??volledig operationeel team uit te bouwen. In eerste instantie zal echter op een motor van een externe leverancier beroep moeten worden gedaan.

“Met de aanhoudende groeiplannen van Formule Eén in de Verenigde Staten kon het worden verwacht dat ook een indrukwekkend Amerikaans team zoals GM/Cadillac aan de start van de races zou verschijnen”, benadrukte Greg Maffei, topman van Liberty Media. “Bovendien kan General Motors als toekomstige leverancier van krachtbronnen een extra waarde en interesse voor de sport opleveren.”

Andretti

TWG Global is eigenaar van Andretti Global, dat in de autosport actief is met deelnames aan de Formule E en de Indycar. De naam Andretti heeft in de geschiedenis van de autosport een enorme uitstraling. Mario Andretti, de laatste Amerikaan die in de Formule Eén tot wereldkampioen werd gekroond, wordt directeur van het nieuwe raceteam van Cadillac. Formula One had zich in januari nochtans tegen een inschrijving van de combinatie van het Team Andretti met General Motors verzet. Daarbij werd opgemerkt dat de aanwezigheid van een elfde team op zichzelf geen waarde zou toevoegen aan het kampioenschap.

Sommige bestaande teams maakten zich zorgen over mogelijk dalende verdiensten, aangezien het prijzengeld voor de races onder meer partijen zou moeten worden verdeeld. Om dat probleem aan te pakken, moet een nieuwe deelnemer volgens de huidige regels een bijdrage van 200 miljoen dollar betalen. Dat bedrag moet als compensatie voor de dalende inkomsten onder de bestaande teams worden gedeeld. Wanneer Cadillac over twee jaar tot de Formule Eén toetreedt, zijn die regels echter vervallen. Volgens een aantal bronnen zouden General Motors en TWG Global een compensatie van ongeveer 450 miljoen dollar moeten betalen. Geen van de betrokken partijen kon daarop echter commentaar geven.

Het verzet van Formula One tegen de aanvraag van Andretti trok eerder al de belangstelling van de Amerikaanse toezichthouder. Liberty Media maakte in augustus bekend dat de antitrust-afdeling van het Amerikaanse ministerie van justitie een onderzoek was gestart naar het gedrag van Formula One tegenover de aanvraag van Andretti. Maffei zei daarop echter dat de beslissing van Formula One in overeenstemming was met alle toepasselijke Amerikaanse antitrustwetten.

Formula One zei nu sinds de oorspronkelijke afwijzing van de aanvraag van Andretti een dialoog met General Motors en TWG Global te hebben onderhouden over de levensvatbaarheid van een deelname. “In de loop van dit jaar hebben de gesprekspartners operationele mijlpalen bereikt en duidelijk gemaakt dat zich te willen inzetten om het merk GM/Cadillac als elfde team aan de start van de races te laten verschijnen”, benadrukte Formula One. “Bovendien werd aangegeven dat General Motors zich later ook als motorleverancier voor de sport zal profileren.”

Meer over dit onderwerp:

Posted in automotive, sport, technologie | Reacties uitgeschakeld voor General Motors stapt met Cadillac in Formule Eén

Olie en gas besteden ruim 5,5 miljard dollar aan sportsponsoring

Posted by managing21 on 22nd september 2024

Producenten van olie en gas investeren miljarden dollar aan sponsoring in een brede waaier van sporttakken. Met die strategie proberen de betrokken bedrijven echter vooral de aandacht af te leiden van de bijdrage die ze aan de klimaatcrisis leveren. Dat is de conclusie van een rapport van het New Weather Institute (NWI).

Producenten van fossiele brandstoffen hebben minstens 5,6 miljard dollar aan sportsponsoring besteed. De investeringen gingen naar motorsporten, maar ook naar voetbal, golf en wintersporten. “Maar die sponsoring moet worden gezien als een poging om een sociale licentie te kopen om te opereren”, merkt het New Weather Institute op. “Bijna geen enkele sport met een groot publiek blijft gespaard van het geld van de producenten van olie en gas.”

De autosport is de grootste ontvanger van sponsoring door de sector van de fossiele brandstoffen. – Foto: Team Penske

Er kunnen volgens het rapport meer dan tweehonderd sponsorovereenkomsten tussen sportteams en de industrie worden getraceerd. “Bovendien zijn sportsterren zoals Cristiano Ronaldo, Lionel Messi, Tyson Fury en Anthony Joshua allemaal succesvol gerekruteerd om als onderdeel van die overeenkomsten tijd in het Midden-Oosten door te brengen”, wordt er aangevoerd.

“Men kan een groeiende bezorgdheid ontwaren over de toenemende inspanningen van de industrie van fossiele brandstoffen om zijn wereldwijde reputatie wit te wassen door middel van sportswashing op te poetsen. Dat is een praktijk die al langer wordt gebruikt door regeringen die associaties met sportevenementen proberen opbouwen om hun bezoedelde reputaties te verbeteren.”

Volgens het rapport was Aramco, het nationale oliebedrijf van Saoedi-Arabië, de grootste individuele investeerder in sportsponsoring. Daarbij wordt gewag gemaakt van een totaal sponsorbedrag van bijna 1,3 miljard dollar, verdeeld over tien overeenkomsten. Het petrochemische bedrijf Ineos stond op de tweede plaats met 777 miljoen dollar aan sponsoring, gevolgd door Shell (470 miljoen dollar) en TotalEnergies (340 miljoen).

“Producenten van fossiele brandstof proberen hun product, waarvan alleen al de luchtvervuiling naar schatting meer dan vijf miljoen mensen per jaar doodt, te associëren met het immense sociale kapitaal en de positieve gezondheidseffecten van sport”, voeren de onderzoekers aan. “Er kan hier een grote gelijkenis worden getrokken met de redenen waarom de tabaksbedrijven sport sponsorden, tot die activiteit grotendeels werd verboden. De ondernemingen willen zichzelf in een positief daglicht stellen en hun activiteiten te normaliseren in de ogen van miljarden sportfans.”

“Met dit soort overeenkomsten kopen deze bedrijven zogenaamde sociale licenties om te opereren, in een poging de aandacht af te leiden van hun rol in het aanwakkeren van de klimaatcrisis en het schaden van de menselijke gezondheid.”

De onderzoekers ontdekten dat het voetbal van de meeste overeenkomsten profiteerde. Er werden hier 59 contracten ontdekt met een totale waarde van bijna 1 miljard dollar. Maar de motorsporten genoten de grootste financiële ondersteuning en verzamelden 2,2 miljard dollar steun uit de sector van de fossiele brandstof, verspreid over veertig akkoorden.

“Luchtvervuiling door fossiele brandstoffen en extreme weersomstandigheden door de opwarming van de aarde vormen een bedreiging voor de toekomst van atleten, fans en evenementen”, benadrukte Andrew Simms, directeur van het New Weather Institute. “Als sport een toekomst wil hebben, moet ze zichzelf zuiveren van vuil geld van grote vervuilers en stoppen met het promoten van zijn eigen vernietiging.”

“Ons bedrijf is al jaren partner van grote sportevenementen in haar belangrijkste regio’s en over de hele wereld”, gaf een woordvoerder van TotalEnergies aan in een reactie op de studie. “We willen met ons publiek en onze klanten de passie voor sport en de waarden die daarbij worden vertegenwoordigd delen.” Daarbij wordt gewag gemaakt van veiligheid, wederzijds respect, solidariteit, gekoppeld aan een pioniersgeest die leidt tot innovaties en een prestatiegericht handelen.

Shell van zijn kant benadrukte in een reactie vorig jaar 5,6 miljard dollar in uitstootarme oplossingen te hebben geïnvesteerd. “Dat vertegenwoordigde 23 procent van de totale uitgaven van het bedrijf”, betoogde de woordvoerder van Shell. “Die investeringen moeten de ontwikkeling van oplossingen voor milieuvriendelijke energie ondersteunen.” Shell investeert daarbij naar eigen zeggen in elektrische mobiliteit, uitstootarme brandstoffen, hernieuwbare energie, waterstof en de afvang en opslag van koolstofdioxide.

Meer over dit onderwerp:

Posted in automotive, energie, sport | Reacties uitgeschakeld voor Olie en gas besteden ruim 5,5 miljard dollar aan sportsponsoring

Nürburgring installeert digitale beveiliging op Nordschleife

Posted by managing21 on 31st juli 2024

In Duitsland heeft de Nürburgring de beveiliging van zijn racecircuit verder opgedreven. Daarvoor werd op het circuit een nieuw controlesysteem voor de melding van mogelijke incidenten geïnstalleerd, bestaande uit honderd camera’s en zesenveertig grote led-panelen. Dankzij die technologie bereikt de beveiliging op het circuit, dat een totale lengte van 21 kilometer heeft, een nieuw niveau. De uitbater van het circuit voegt eraan toe dat parallel ook een platform voor kunstmatige intelligentie verder wordt ontwikkeld.

Met een totale lengte van 21 kilometer over een bochtig en heuvelig parcours door het Eifelgebergte biedt de Nürburgring op het gebied van veiligheid extra uitdagingen. Bij ongevallen is het immers vaak cruciaal om snel hulpdiensten ter plaatse te brengen, maar dat is op de Nürburgring niet evident. “Maar dankzij de nieuwe technologie zullen bij een incident onmiddellijk de hulpdiensten kunnen worden geactiveerd”, wordt er aangevoerd. “Dat spaart kostbare tijd die levens kan redden. Medewerkers die de veiligheid op het circuit moeten controleren, kunnen voortaan met camera’s het hele traject bewaken. Met één druk op de knop kunnen ook de nieuw geïnstalleerde led-panelen voor informatie aan de chauffeurs op de baan worden geactiveerd.”

De Porsche Panamera tijdens zijn recordrit op de Nordschleife van de Nürburgring. – Foto: Porsche

“De led-panelen – met een afmeting van 0,8 vierkante meter – worden in eerste instantie gebruikt voor toeristische ritten en commerciële activiteiten zoals trackdays of industriële testritten”, merkt Ingo Böder, chief executive van de Nürburgring op. “De panelen moeten achteropkomende chauffeurs bijna in realtime, honderden meters voor ze een eventuele gevarenzone bereiken, voor een mogelijk gevaar – door een technisch defect, een ongeval of problemen met de baan – kunnen waarschuwen. Doelstelling is vooral om secundaire ongevallen, zoals een aanrijding met een stilstaand voertuig, te voorkomen.”

Kwantumsprong

“Voortaan heeft het veiligheidspersoneel een direct zicht op de 73 bochten van de Nordschleife van de Nürburgring”, benadrukt Böder nog. “Daarbij kan er bij een incident onmiddellijk digitaal worden ingegrepen. Dit is een kwantumsprong die niet te overschatten is. Voordien moesten gevaarlijke situaties door de radio of de noodtelefoon worden gemeld en kon alleen op de locatie van het ongeval worden opgetreden. Dat is nu echter verleden tijd.”

De vroege detectie van gevaren, de redding en verzorging van mogelijke slachtoffers en de waarschuwing van achteropkomend verkeer, wordt voortaan centraal aangestuurd vanuit een nieuwe veiligheidscentrale op de toegangsweg tot de Nordschleife. Hier worden de schermen door maximaal drie medewerkers, ondersteund door kunstmatige intelligentie, onafgebroken gecontroleerd.

Nürburgring 1927 GmbH, de beheerder van het beroemde Duitse racecircuit, startte drie jaar geleden met de digitalisering van de Nordschleife. Daarbij stelde de beheerder zichzelf ambitieuze doelen om de veiligheid op het circuit te verhogen. Na eerste tests op een deel van het circuit werd snel besloten om het systeem op het hele traject van de Nordschleife te implementeren. Sindsdien werd in totaal al 11 miljoen euro uitgegeven aan de implementatie van de veiligheidsmaatregelen voor alle actieve coureurs op het circuit.

Tot volgend jaar wordt op de Nürburgring nog verder aan de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie gewerkt. In de toekomst moet dit automatisch de eerste waarschuwingssignalen in fracties van een seconde activeren, waardoor het systeem nog sneller en efficiënter wordt. “Maar ondanks de efficiëntie die de kunstmatige intelligentie kan bieden, zal het personeel altijd de beslissingsbevoegdheid en absolute controle behouden”, voert Ingo Böder nog aan. “Deze digitalisering vormt een van de meest uitgebreide bouwprojecten die in de bijna honderdjarige geschiedenis van het racecircuit wordt gerealiseerd.”

Ringwerk

Ook naast het circuit worden echter grondige veranderingen doorgevoerd. Opgemerkt wordt daarbij dat het Ringwerk op de Nürburgring een nieuwe bestemming krijgt. Het Ringwerk, een gebouw dat in het verleden in gebruik was als autosport-museum, zal over een  oppervlakte van 11.300 vierkante meter ruimte bieden aan maximaal drie geselecteerde partners uit de autosector. Deze bedrijven hebben de mogelijkheid om de site te gebruiken als centrum voor technologische ontwikkelen en als platform voor de verkoop en marketing

“De herschikking betekent een belangrijke stap in de verdere ontwikkeling van de Nürburgring als toonaangevend platform voor de autosector”, wierp Christian Stephani, operationeel directeur van Nürburgring 1927 GmbH, op. “We creëren hiermee een unieke kans voor bedrijven om hun innovatiekracht rechtstreeks op de Nürburgring te implementeren, aan bezoekers en klanten te demonstreren en tegelijkertijd gebruik te maken van een exclusieve testmogelijkheid met directe toegang tot het circuit.” Er zouden al met een aantal geïnteresseerde partijen gesprekken lopen.

Het Ringwerk wordt voor de nieuwe activiteit volledig gerenoveerd en uitgebreid. Naast de herstructurering en nieuwe bestemming van het gebouw, wordt ook nagedacht over de toekomst van het museum dat voorheen in het complex was gehuisvest. “De geschiedenis en verhalen van het legendarische circuit moeten voor de bezoekers tastbaar blijven”, benadrukte Stephani nog. Daarom besloot de werkmaatschappij een nieuw, interactief museum op de Nürburgring te creëren. Dit moet ook in een bestaande ruimte worden geïntegreerd. In de huidige planningsfase worden verschillende opties onderzocht en uitgewerkt.

Meer over dit onderwerp:

Posted in automotive, Mobility, sport, toerisme | Reacties uitgeschakeld voor Nürburgring installeert digitale beveiliging op Nordschleife

Vragen over keuzes van Engelse voetbalclubs voor goksponsors

Posted by managing21 on 29th juli 2024

Verschillende voetbalclubs uit de Engelse Premier League worden van hebzucht beticht omdat ze voor het nieuwe voetbalseizoen met een gokbedrijf als sponsor in zee gaan. In totaal zullen tijdens het nieuwe seizoen elf clubs uit de Premier League een sponsor op de voorzijde van hun voetbalshirts tonen. Dat merkt The Big Step, een initiatief dat erop gericht is om gokreclame uit de voetbalsport te weren. Over twee jaar wordt gokreclame in het Engelse voetbal verboden.

“Meer dan de helft van alle voetbalclubs uit de Engelse Premier League zullen dit jaar gokreclame op de voorzijde van hun shirts hebben”, merkt The Big Step op. “Het gaat om Aston Villa, Bournemouth, Brentford, Crystal Palace, Everton, Fulham, Leicester, Nottingham Forest, Southampton, West Ham en de Wolverhampton Wolves. Vorig seizoen droegen acht clubs uit de Premier League gokreclame op de voorzijde van hun voetbalshirts. Chelsea is de enige club uit de Premier League die nog geen hoofdsponsor heeft aangekondigd. De Londense club begon vorig seizoen zonder hoofdsponsor, nadat supporters zich tegen een overeenkomst met een online casino hadden verzet.”

Gokbedrijven beschouwen sportsponsoring als een interessant middel om hun publiek uit te breiden. – Foto: Pixabay/Stefan Schweihofer

De clubs uit de Premier League stemden er in april vorig jaar mee in om gokreclame te beperken. Maar er zullen nog twee seizoenen worden afgewerkt vooraleer dat verbod ingaat. “De clubs stellen zich inhalig op en sluiten voor financieel gewin wanhopige overeenkomsten af”, werpt The Big Step op. “Clubs blijven met gokbedrijven overeenkomsten sluiten, onder meer met  waaronder cryptocurrency casino’s en Aziatische gokplatformen. “De clubs moeten nochtans weten dat gokken een ernstig probleem voor de volksgezondheid is en vele levens in hun gemeenschappen en over de hele wereld verwoest.”

“De hebzucht van de sport rechtvaardigt niet dat miljoenen jonge fans worden blootgesteld aan verslavende en schadelijke producten”, waarschuwt The Big Step. “De Britse overheid moet het voorbeeld volgen van een aantal andere Europese landen en een einde maken aan de aanwezigheid van de goksector in de voetbalsport.” Daarbij werd onder meer verwezen naar Spanje, Italië, België en Nederland, die clubs verbieden om met gokbedrijven overeenkomsten rond shirtsponsoring af te sluiten.

Mazen

The Big Step wijst er daarbij op dat de Britse regelgeving op het vlak van gokreclame in de sport nog talloze mazen vertoont, terwijl de aanwezigheid van sponsors uit de sector op de mouwen van de spelers en de reclameborden langs de voetbalterreinen nog altijd is toegestaan. De organisatie krijgt in zijn strijd tegen gokreclame wel steun van vijfendertig clubs uit het Engelse voetbal. Tot die groep behoort onder meer Luton Town, vorig seizoen de enige club uit de Premier League die tijdens competitiewedstrijden geen gokreclame in zijn stadion toeliet.

Gary Sweet, directeur van Luton Town, benadrukte dat het afwijzen van de goksector als sponsor de club vorig seizoen ongeveer 3 miljoen pond heeft gekost. Opmerkelijk is ook de situatie van Brighton & Hove Albion. Tony Bloom, de eigenaar van de club, heeft met sportweddenschappen een fortuin verdiend, maar hij steunde wel het verbod op gokreclame op de voorzijde van de shirts. “Ik denk niet dat sponsoring voor de goksector op voetbalshirts een goede zaak is”, benadrukte hij. “Maar ik begrijp dat gokbedrijven bereid zijn zware sponsoringcontracten af te sluiten. Het is voor vele clubs dan ook moeilijk om dergelijke voorstellen af te wijzen.” Ook onder meer Tranmere, AFC Wimbledon en Forest Green zijn supporters van The Big Step.

Volgens een rapport van de Britse Gambling Commission worstelt 2,5 procent van de volwassen Britse bevolking met probleemgokken. Dat komt overeen met ongeveer 1,3 miljoen mensen. Dat aantal ligt gevoelig hoger dan algemeen werd aangenomen. Wanneer echter geen rekening wordt gehouden met personen die nooit gokken, loopt het cijfer over problematisch gedrag nog beduidend hoger op. Dat cijfer stijgt nog verder wanneer uitsluitend naar het online gokken wordt gekeken. De Premier League zei in een reactie in het Verenigd Koninkrijk de enige sportcompetitie te zijn die vrijwillig heeft beslist om sponsoring op de voorkant van shirts te verbieden. Tevens merkte de Premier League op met andere sporten samen te werken aan de ontwikkeling van een nieuwe code voor verantwoord gokken.

Meer over dit onderwerp:

Posted in reclame & marketing, sport | Reacties uitgeschakeld voor Vragen over keuzes van Engelse voetbalclubs voor goksponsors

Parijs zoekt naar nieuwe bestemming voor iconische krantenkiosken

Posted by managing21 on 26th juli 2024

Parijs maakt gebruik van de Olympische Spelen om zijn krantenkiosken nieuw leven in te blazen. Doelstelling is om deze traditionele merkpunten in het stedelijk landschap van de Franse hoofdstad te bewaren en tegelijkertijd een nieuwe bestemming voor de locaties te vinden. Dat heeft het stadsbestuur van Parijs aangekondigd.

De krantenkiosken zijn sinds het midden van de negentiende eeuw, toen de stedenbouwkundige Georges-Eugène Haussmann zijn beroemde renovatie van Parijs uitvoerde, een iconisch onderdeel van het straatbeeld van de Franse hoofdstad. Het ontwerp van de kiosken is in de loop der tijd weliswaar geëvolueerd, maar ze hebben altijd klanten van een krant, tijdschrift of ansichtkaart kunnen voorzien. De verkoop van deze traditionele producten kent echter al vele jaren een gestage daling, waardoor de toekomst van de kioskverkopers bijzonder somber oogt.

Krantenkiosken kunnen in Parijs een alternatieve dienst worden om bezoekers te ondersteunen. – Foto: Pixabay/Nuno Lopes

Om het voortbestaan van de kiosken te garanderen, besloot het stadsbestuur van Parijs om de activiteiten van de locaties te diversifiëren. De organisatie van de Olympische Spelen leek daarbij een gepast ogenblik om met die transformatie te starten. Bedoeling van het plan is dat de kiosken van verkooppunten van kranten en tijdschriften geleidelijk zouden evolueren naar locaties die een verscheidenheid aan diensten – zoals toeristische informatie, postdiensten en de verkoop van lokaal gemaakte producten – zouden aanbieden.

Toeristische infopunten

Parijs is een grootmacht in de wereldwijde toeristische sector en wordt jaarlijks door tientallen miljoenen reizigers van over de hele wereld wordt bezocht. “Maar wanneer deze bezoekers nuttig advies of informatie nodig hebben, blijkt er zelden een helpdesk in de buurt te zijn”, merken de initiatiefnemers op van het transformatieproject op. “Daarom hebben dertig kioskuitbaters, in samenwerking met het toeristenbureau Paris Je t’Aime, een training gevolgd om bezoekers tijdens de Olympische Spelen te begeleiden.”

“Wanneer dit experiment door de toeristen positief wordt onthaald, kan het initiatief worden uitgebreid en kunnen mogelijk meer of zelfs alle kiosken in de stad bij het project worden betrokken”, wordt er nog aangevoerd. “Daardoor zou in feiten een netwerken van kleine toeristische informatiepunten kunnen uitgebouwd.”

Daarnaast wordt bekeken of het mogelijk zou zijn om de kiosken om te vormen tot kleine souvenirwinkels. “Dit zal echter gebeuren op een manier die de kitscherigheid van de verkooppunten van souvenirs op vele populaire bestemmingen kan vermijden”, stippen de initiatiefnemers nog aan. “De kiosken zullen immers uitsluitend richten op de verkoop van producten die van het label Fabriqué à Paris zijn voorzien. Dat label werd zeven jaar geleden door het stadsbestuur geïntroduceerd als een manier om de lokale economie – waarbij vooral aandacht wordt besteed aan de vaardigheden van lokale ambachtslieden en ontwerpers – te promoten.”

Tenslotte zullen een aantal kiosken ook worden tot postkantoor. “Dit initiatief zou zowel voor de toeristen als de buurtbewoners van nut kunnen zijn”, werpen de initiatiefnemers op. “Volgend jaar wordt een experiment met deze postpunten opgestart. Daarbij zullen vijftig kiosken worden ingeschakeld.”

Bouquinistes

Naast de krantenkiosks vormt ook de boekenmarkt op de oevers van de Seine een cruciaal onderdeel van het straatbeeld van Parijs. Het stadsbestuur had eerder aangekondigd dat de boekverkopers tijdens de Olympische Spelen hun activiteiten zouden moeten onderbreken of naar een andere locatie zouden moeten verhuizen. Daarmee zou een einde komen aan een traditie die al vierenhalve eeuw stand houdt, maar de politie was van oordeel dat de boekenstands tijdens de Olympische Spelen een gevaar voor de openbare veiligheid zouden kunnen betekenen.

Dat leidde tot een zwaar dispuut, waarbij ook de Franse president Emmanuel Macron betrokken raakte. Macron noemde de boekverkopers een levend erfgoed van de hoofdstad en beloofde dat de boekenstands zouden mogen blijven. “De Seine stroomt tussen boeken”, benadrukte de Franse schrijver Alexandre Jardin. “Wie suggereert dat de bouquinistes alleen maar boekverkopers zijn, zit compleet naast de kwestie. De boekenstands vormen een deel van de identiteit van Parijs. Het besluit om dit levend symbool van Parijs uit het hart en de ziel van het land te halen, net op een ogenblik dat Frankrijk de hele wereld voor de Olympische Spelen zou ontvangen, was zo absurd dat het duidelijk door bureaucraten was geïnspireerd. Het was niet meer dan logisch dat president Macron die fout rechtzette.”

De bouquinistes verkopen al sinds de zeventiende eeuw tweedehands boeken op houten karren en tafels die langs de oevers van de Seine stonden opgesteld. In 1859 verleende Napoleon III aan de boekenstallen een permanente toelating. Momenteel zijn langs de Seine in Parijs, over een lengte van een drietal kilometer ongeveer 230 boekverkopers actief. Daarmee heeft Parijs de grootste openlucht-boekenmarkt van Europa gecreëerd.

Meer over dit onderwerp:

Posted in sport, Stad, toerisme | Reacties uitgeschakeld voor Parijs zoekt naar nieuwe bestemming voor iconische krantenkiosken

Sport probeert te vaak politieke knelpunten te omzeilen

Posted by managing21 on 27th juni 2024

Met de Copa América, het Uefa Europees Kampioenschap, de Ronde van Frankrijk en de Olympische Spelen in Parijs beleeft de wereld een bijzonder drukke sportzomer. Veel moderne sportevenementen worden echter gehouden in landen met een verschrikkelijke staat van dienst op het gebied van de mensenrechten, zonder enige weerstand van fans, omroeporganisaties of overheden. Dat zegt Ofer Idels, docent sportgeschiedenis aan de Ludwig Maximilian Universität in München. In een wereld waar beroemdheden aan hoge morele normen worden gehouden – en consequenties ondervinden als ze tekortschieten – is deze inconsistentie volgens Idels opvallend. Idels wil daarbij begrijpen waarom sport vaak de controle ontwijkt die nochtans gemakkelijk wordt toegepast op andere evenementen en individuen.

Idels verwijst in zijn studie onder meer naar de Fifa World Cup die twee jaar geleden in Qatar werd georganiseerd. “Jaren vooraleer de eerste wedstrijd op gang werd gefloten, werd dat evenement ontsierd door aantijgingen over onder meer sportswashing, milieuschade en exorbitante kosten. De zwaarste beschuldigingen betroffen echter de zware schendingen van de mensenrechten, waaronder de behandeling door het land van vrouwen, de holebi-gemeenschap en arbeidsmigranten.”

Sport heeft vaak een dubieuze relatie met politiek. – Foto: Pixabay/Alexander Fox

“Onder deze wijdverspreide beschuldigingen bevond zich één bijzonder schrijnende statistiek”, vervolgt de wetenschapper. “Meer dan 6.500 arbeidsmigranten uit India, Pakistan, Nepal en Bangladesh lieten tijdens de bouwwerken van hotels en stadions ter voorbereiding op het voetbaltornooi het leven. Dit betekent dat elke minuut voetbal die op het toernooi werd gespeeld, gelijk staat met het verlies van één mensenleven. De Qatarese regering maakte daarbij trouwens gewag van slechts 47 overlijdens.”

“Deze misstanden waren in de aanloop naar de gebeurtenis geen geheim”, zegt Idels nog. “Toch hadden ze weinig invloed op de publieke opinie. In de weken voorafgaand aan het toernooi maakten fans zich meer zorgen over de gevolgen van het winterschema voor het reguliere voetbalseizoen, of over hun vermogen om in een moslimland alcohol te kunnen consumeren. De roep om een ??boycot sloeg niet aan en het evenement kreeg hoge kijkcijfers. In een poll van de Britse omroep BBC werd het evenement zelfs tot beste wereldkampioenschap voetbal van deze eeuw uitgeroepen.”

Deze situatie kon volgens Idels vooral dankzij hebzucht en corruptie worden gecreëerd. “Er is substantieel bewijs van corruptie binnen zowel de Fifa als Qatar, vooral met betrekking tot het biedingsproces voor het evenement”, beklemtoont de wetenschapper. “Uit rapporten blijkt ook dat sommige fans door de gastheer werden betaald om op commando te zingen en te zingen; terwijl beroemdheden enorme bedragen zouden hebben gekregen om het evenement bij te wonen en te steunen. Hierdoor werd de staat van dienst van Qatar op het gebied van de mensenrechten vergoelijkt.”

Dergelijke flagrante uitingen van hebzucht worden volgens Idels echter niet altijd met apathie beantwoord. “Drie jaar geleden kreeg de poging om de Europese Super League op te richten te maken met een wijdverbreide, heftige kritiek van fans, voetballers, managers en politici”, verduidelijkt hij. “Als gevolg daarvan werd de onderneming, die nochtans een waarde van meerdere miljoenen dollar vertegenwoordigde, snel stopgezet.”

Irrationele aantrekkingskracht

Objectief gezien zijn de mensenrechtenschendingen in Qatar volgens Idels onvergeeflijk. “De fascinatie van de mensheid voor sport is echter eerder emotioneel dan rationeel”, merkt hij op. “Dit betekent dat het uiterst moeilijk is om het probleem vanuit een objectief gezichtspunt te analyseren of uit te leggen. Het is daarom de moeite waard om te overwegen op welke manier de organisatoren mensenrechtenkwesties hebben aangepakt in de aanloop naar het wereldkampioenschap voetbal in Qatar. Kort voor de opening van het evenement schreven Fifa-president Gianni Infantino en secretaris-generaal Fatma Samoura daarrond een brief aan de deelnemende teams.

“Laten we ons nu alsjeblieft op het voetbal concentreren”, luidde het daarbij. “We weten dat voetbal niet in een vacuüm leeft en we zijn ons er evenzeer van bewust dat er overal ter wereld veel uitdagingen en moeilijkheden van politieke aard zijn. Maar laat alsjeblieft niet toe dat voetbal wordt meegesleurd in elke ideologische of politieke strijd die er bestaat.”

“Een dergelijke uitspraak lijkt misschien cynisch en berekend”, werpt Idels op. “Tegelijkertijd weerspiegelen deze woorden echter een wijdverbreide perceptie dat moderne sporten puur, universeel en autotelisch – de betekenis van de activiteit op zich en niet als een middel om een doel te bereiken – zijn. Dit komt vaak tot uiting in beweringen waarin opgemerkt wordt dat sport een kunst is of dat sport gescheiden moet blijven van de politiek. De aantrekkingskracht van sport voor zowel deelnemers als toeschouwers ligt daarom in de directheid van het gebeuren en het vermogen om mensen te verenigen in een actuele authentieke ervaring. De mannen en vrouwen op het veld blijken veel meer dan bezwete mensen die korte broeken dragen en tegen een bal trappen. Voor toeschouwers gaat het hier om helden van pure schoonheid.”

“Dit zou ons kunnen helpen de opvallend en paradoxaal verschillende reacties op de World Cup in Qatar en de Super League te begrijpen”, zegt de wetenschapper nog. “De Super League had tot doel de traditionele structuur van het voetbal over te nemen om grote clubs te bevoordelen boven kleinere concurrenten, maar dat werd gezien als een hebzuchtige belediging van de puurheid van de sport. Fans hebben het dodental van de World Cup in Qatar echter wellicht kunnen aanvaarden als een noodzakelijk offer om de universele, bindende kracht van de moderne sport te behouden.”

Olympische Spelen Berlijn

“Het cruciale moment bij het vormgeven van het moderne sportethos waren de Olympische Spelen van 1936 in Berlijn, waar het evenement duidelijk in het teken van het nazisme stond”, geeft Idels aan. “Die controversiële gebeurtenis leidde tot een wijdverbreide boycotbeweging, waarin werd betoogd dat de organisatie van de Olympische Spelen onder een fascistisch en antisemitisch regime de zuiverheid van de sport zou aantasten en het nazistische Duitsland tegenover een mondiaal publiek zou rechtvaardigen. Niettemin vonden de Olympische Spelen plaats, wat een krachtige demonstratie vormde van het vermogen van de sport om de wereld onuitsprekelijke misdaden over het hoofd te laten zien. Onderdrukkende naties volgen momenteel nog steeds dit voorbeeld.”

“Bijna honderd jaar later is Qatar kandidaat om de Olympische Spelen van 2036 te organiseren”, werpt Idels op. “Gezien het dodental van de World Cup twee jaar geleden voetbal, is het waarschijnlijk dat een dergelijke gebeurtenis aan nog eens duizenden arbeiders het leven zal kosten. Dit zou op een krachtig verzet moeten stuiten.”

Meer over dit onderwerp:

Posted in politiek, sport | Reacties uitgeschakeld voor Sport probeert te vaak politieke knelpunten te omzeilen

Formule Eén: Honda wordt motorenleverancier Aston Martin

Posted by managing21 on 24th mei 2023

De Japanse autobouwer Honda keert over drie jaar naar de Formule Eén terug. Honda wordt dat seizoen de nieuwe motorenleverancier van het team Aston Martin. De aankondiging betekent een grote ommekeer in het beleid van Honda, dat zich pas anderhalf jaar geleden uit de Formule Eén terugtrok op een ogenblik dat de Japanse autobouwer de beste motor in de competitie had. Het partnerschap betekent tevens een belangrijke stap in de ambities van Aston Martin om binnen een half decennium in de Formule Eén naar titels mee te kunnen dingen.

Honda heeft als motorenleverancier met Aston Martin een exclusief contract ondertekend. Op dit ogenblik koopt het team zijn motoren, net zoals zijn transmissie en ophanging, bij Mercedes. Martin Whitmarsh, chief executive van Aston Martin, benadrukte het belang van de overeenkomst met Honda. “Het is bijzonder moeilijk om consequent kampioenschappen te winnen zonder de volledige en geëngageerde steun van een motorenleverancier”, beklemtoonde Whitmarsh, die zelf anderhalf decennium geleden voor een periode van zes jaar teambaas van McLaren werd.

Grote uitdaging

Om kans te hebben om in de Formule Eén mee aan de kop te kunnen meedingen, moeten volgens Whitmarsh optimale condities worden gecreëerd. Daarvoor heeft Aston Martin alle onderdelen voor de productie in eigen huis gebracht. Dat gebeurt in de nieuwe fabriek in Silverstone, die dit jaar volledig operationeel wordt. “Dit is een bijzonder grote uitdaging”, gaf Whitmarsh nog aan. “We hebben hier te maken met een team dat volwassen wordt. Wanneer men in de Formule Eén wil winnen, moet men erin lukken om bestaande partners te verslaan. Daarvoor is een onafhankelijkheid nodig.”

Aston Martin krijgt in de toekomst motoren van Honda. (Foto: Aston Martin)

“Wie in de Formule Eén een overwinning ambieert, moet Mercedes kunnen verslaan”, voerde Whitmarsh nog aan. “Het is echter bijzonder moeilijk om een efficiënte organisatie zoals Mercedes te verslaan indien men van die partij voor intellectuele eigendommen, fabrieken en onderdelen afhankelijk is. Aston Martin wil in de Formule Eén successen boeken en daarvoor in een volledige integratie van installaties, processen en aanpak nodig.”

Aston Martin is dit seizoen in de Formule Eén uitstekend van start gegaan. Het team staat – achter Red Bull – op een tweede plaats in het kampioenschap voor de constructeurs. Bovendien heeft Aston Martin met piloot Fernando Alonso in vijf races al vier keer een derde plaats behaald. Het team wacht in de Formule Eén al tien jaar op een overwinning.

Honda was midden vorig decennium als partner van McLaren in de Formule Eén teruggekeerd. De Japanse constructeur beleefde daarbij echter drie moeilijke jaren. De prestaties van de motor bleef ver onder de verwachtingen en werden toen door Alonso, destijds piloot bij McLaren, zwaar bekritiseerd. McLaren besliste daarop de samenwerking stop te zetten, waarna Honda een jaar lang motorenleverancier van Toro Rosso werd.

Wereldkampioen

Vier jaar geleden werd Honda echter door Red Bull als motorenleverancier aangetrokken. Twee jaar later leverde Max Verstappen aan Red Bull en Honda de wereldtitel op, maar toen had de Japanse autobouwer al beslist om zich uit de Formule Eén terug te trekken. Vorig jaar werd Verstappen opnieuw wereldkampioen. Zijn wagen was opnieuw uitgerust met een motor van Honda, die het team echter zelf in zijn divisie Red Bull Powertrains met behulp van de Japanse autofabrikant had gebouwd.

Bij zijn beslissing de competitie te verlaten had Honda erop gewezen dat zijn belangen als autofabrikant niet langer door de Formule Eén optimaal werden behartigd. Aangevoerd werd dat de autosector een unieke periode van transformatie doormaakte, verwijzen naar de transformatie naar elektrische aandrijving en uitstootvrije technologieën.

De nieuwe regels die de Formule Eén over drie jaar zal aannemen – waarbij onder meer het gebruik van 50 procent elektrische energie en 100 procent duurzame brandstof wordt geëist – zijn volgens Honda echter echter in overeenstemming met de verbintenis van het Japanse bedrijf om tegen het einde van dit decennium klimaatneutraal te worden. Honda, Mercedes, Ford, Ferrari, Alpine en Audi hebben zich al aangemeld als de nieuwe motorenleveranciers voor de tweede helft van dit decennium. Red Bull heeft daarbij alvast een samenwerking met Ford aangekondigd.

McLaren en Williams, die momenteel met een krachtbron van Mercedes rijden, moeten nog bevestigen met welke motorenfabrikant over drie jaar een partnership zal worden aangegaan. Dat geldt ook voor Haas, dat momenteel door Ferrari wordt bevoorraad. Honda heeft al duidelijk gemaakt uitsluitend Aston Martin met motoren te zullen bevoorraden.

Meer over dit onderwerp:

Posted in automotive, Mobility, sport | Reacties uitgeschakeld voor Formule Eén: Honda wordt motorenleverancier Aston Martin