Wereldwijde vleesproductie sterk gevoelig voor klimaatverandering
Posted by managing21 on oktober 8th, 2025
De klimaatverandering zal tijdens de tweede helft van deze eeuw een aanzienlijke impact hebben op de wereldwijde productie van vlees en andere producten die van dieren afkomstig zijn. Dat is de conclusie van een onderzoek van wetenschappers aan de Universiteit van São Paulo. De wetenschappers hebben een methode ontwikkeld waarmee de impact van verschillende scenario’s kan worden gemeten.
Indien tegen het midden van deze eeuw een gemiddelde temperatuurstijging van 2 graden Celsius tegenover de periode voor het industriële tijdperk wordt opgetekend, zal volgens ramingen het aantal kritieke situaties voor landbouw en voor de gezondheid van mens en dier verder in frequentie en intensiteit toenemen. Concrete data zijn daarom van belang om een basis te leggen voor het overheidsbeleid, de besluitvorming en acties van de private sector, gericht op het waarborgen van de productie en de voedselzekerheid.
Uit de studie blijkt dat kleine herkauwers in landen op het noordelijk halfrond sterker door de klimaatverandering worden getroffen dan soortgelijke dieren op het zuidelijk halfrond. Voor dieren in het noorden wordt een gemiddelde stijging van de ademhalingsfrequentie met maximaal 68 procent verwacht in vergelijking met de kuddes in het zuiden.
Onder herkauwers in tropische gebieden blijkt de zuidelijke melkveehouderij het meest kwetsbaar voor hittestress, terwijl geiten en vleesvee dankzij hun fenotypische plasticiteit – het vermogen om fysieke kenmerken aan te passen aan omgevingscondities zonder veranderingen in het genetisch materiaal – veerkrachtiger blijken. Binnen de productiedieren van het zuidelijk halfrond werden leghennen en kwartels als de meest gevoelige soorten voor hittestress geïdentificeerd. Tegen het einde van de eeuw zou hun ademhalingsfrequentie met tot wel 40 procent kunnen toenemen.
“Met de stijgende wereldtemperaturen en extremer weersomstandigheden wordt het noodzakelijk om resistente en aanpasbare rassen te ontwikkelen, terwijl anderzijds ook naar productieomgevingen met geavanceerde temperatuurregeling moet worden gestreefd”, benadrukken de onderzoekers Iran José Oliveira da Silva en Robson Mateus Freitas Silveira. “We weten dat aanpassingen, waaronder gericht beheer en behoud van genetische hulpbronnen, nodig zullen zijn.”
Pluimvee
“Een duurzaam dier heeft een lage netto uitstoot van koolstofdioxide, is efficiënt in voederconversie en aanpassing, ongeacht klimaatcondities, en bovendien gezond en productief”, benadrukten de onderzoekers, die onder meer keken naar thermoregulerende, hematologische, morfologische, hormonale en biochemische variabelen bij onder meer schapen, geiten, melkvee, vleesvee, varkens, pluimvee en kwartels. Volgens Silva zijn bloedwaarden – gemeten met een volledig bloedonderzoek – belangrijkere biomarkers voor aanpassing aan temperatuur dan de kenmerken van de vacht.
De onderzoekers concluderen dat dierlijke aanpassing essentieel is voor de omgang met de klimaatverandering, vooral om productie en veerkracht in balans te brengen. “Hoewel het noordelijk halfrond productiever is en zwaarder wordt getroffen, moet het zuiden investeren in de selectie van biomarkers, kruisingen en behoud van lokale rassen”, werpen ze op. “De toekomst van de voedselzekerheid hangt af van de integratie van genetica, beleidsmaatregelen en duurzame innovatie op wereldschaal.”
De Verenigde Naties voorspellen dat de wereldbevolking, die momenteel ongeveer 8 miljard personen telt, tegen het midden van deze eeuw tot ongeveer 10 miljard eenheden zal aangroeien. Ondanks inspanningen om voedselzekerheid te garanderen, leed vorig jaar naar schatting 8,2 procent van de wereldbevolking honger, terwijl een derde van het geproduceerde voedsel wordt verspild.
De mondiale voedselproductie veroorzaakt bovendien hoge emissies van broeikasgassen en een grootschalige ontbossing voor veeteelt en landbouw. Die activiteiten vertegenwoordigen samen 31 procent van de wereldwijde uitstoot.
“De bevolkingsgroei en de stijgende inkomens verhogen de druk op het voedselsysteem, dat daarnaast wordt beïnvloed door de klimaatverandering, hogere temperaturen, veranderende neerslagpatronen en extremere weersomstandigheden zoals droogte en overstromingen”, stippen de onderzoekers nog aan. “Hierdoor hebben landen moeite om de duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties – die tegen 2030 gericht zijn op het uitbannen van armoede en honger, het tegengaan van ongelijkheid en de bescherming van het leefmilieu en het klimaat – te halen.”
De onderzoekers benadrukken dat het dringend noodzakelijk is de pluimveeproductie te hervormen, omdat deze dieren bijzonder gevoelig zijn voor hoge temperaturen. “Melkvee en pluimvee, zowel voor eieren als vlees, zullen al op korte termijn productieproblemen ondervinden”, zeggen Silva en Silveira. “Dat is een waarschuwingssignaal voor de toekomst. Daarom is samenwerking tussen genetica en omgevingsbeheer cruciaal. Wij willen nu al inzicht in de toekomst bieden, zodat producenten, onderzoekers en beleidsmakers zich kunnen voorbereiden.”
“Dit werk is slechts het topje van de ijsberg”, zeggen de onderzoekers. “We hebben nu de eerste gegevens verzameld, maar moeten deze uitbreiden met meer internationale partners om verschillende regio’s te vergelijken.” Silva en Silveira bevelen onder meer verder onderzoek aan naar de relatie tussen warmteregulatie en productiviteit, om strategieën voor voedselzekerheid te versterken.