Turkije wil tienduizenden historische kunstschatten repatriëren
Posted by managing21 on april 18th, 2018
In musea over de hele wereld worden minstens honderdvijftigduizend historische kunstschatten van Turkse origine bewaard. Turkije zal die voorwerpen terugeisen. Dat benadrukt Serdal Kuyucuoglu, lid van een Turkse parlementscommissie die belast is met de opmaak van een inventaris van Turkse kunstschatten die in het buitenland – onder meer in het Louvre in Parijs en het Victoria and Albert Museum – worden bewaard. De parlementscommissie werd in oktober vorig jaar geïnstalleerd. De Turkse parlementscommissie heeft de opdracht om de terugkeer van al die kunstschatten te realiseren.
“Er werden in Turkije op een gigantische schaal kunstschatten gestolen en naar musea in de Verenigde Staten, Engeland, Portugal, Denemarken, Frankrijk, Duitsland en Griekenland overgebracht,” betoogt Serdal Kuyucuoglu. “Zelfs Griekenland, dat net zoals Turkije heeft geleden onder deze smokkel en diefstal, heeft aan de roof van Turkse historische kunstschatten deelgenomen.” Anatolië is de thuisbasis geweest van tientallen beschavingen die met oude monumenten en kunstschatten hun sporen in de geschiedenis hebben achtergelaten. Onder meer wordt gewezen op de Assyriërs, Hettieten, Grieken, Frygiërs, Lydiërs, Cariërs, Romeinen, Byzantijnen, Seltsjoeken en Ottomanen.
“Deze overvloed aan artefacten had een grote aantrekkingskracht op archeologen en schattenjagers,” benadrukt Serdal Kuyucuoglu. “Op die manier zijn mogelijk tweehonderdduizend Turkse artefacten in het buitenland terecht gekomen. Turkije is een openlucht museum. Het gebied heeft vele culturen gekend en beschikt dan ook over een gigantische schat aan archeologische artefacten.” De roof is volgens hem begonnen in het begin van negentiende eeuw, toen buitenlandse archeologen naar Anatolië, een toenmalig onderdeel van het Ottomaanse rijk, om oude sites te graven. Archeologen uit Frankrijk, Duitsland en Groot-Brittannië voerden daarbij een felle onderlinge concurrentie om hun musea te vullen.
Deze archeologen kregen voor hun opgravingen vaak toestemming van de Ottomaanse autoriteiten, die weinig belangstelling hadden voor de relikwieën van vroegere culturen. Na de archeologen volgden de schattengravers, die vaak uit waren op de grote vergoedingen die door privéverzamelaars werden beloofd. “Vandaag kan zelfs beroep worden gedaan op de meest moderne technologieën om oude schatten op te sporen en te plunderen,” benadrukte Kutalmis Gorkay, hoofd klassieke archeologie aan de Ankara University. Hij wees daarbij ook op de impact van het internet, waar veel websites voor dergelijke opgravingen reclame zouden maken.
Enkele historische voorwerpen werden inmiddels aan Turkije terugbezorgd, maar dat blijven uitzonderingen. Turkije zegt nochtans zijn eigendomsrechten op alle artefacten te zullen uitoefenen. In totaal zouden de voorbije vijftien jaar 4.300 artefacten zijn teruggegeven, maar nog 150.000 voorwerpen zouden zich in buitenlandse collecties bevinden.